Rectoraatsgebouw van de VUB
Het ontwerp van Braem wordt in ere hersteld
Toen Renaat Braem in de jaren 1970 het Rectoraatsgebouw van de VUB ontwierp had hij voor het interieur landschapskantoren in gedachten, grote open werkplekken, vrij georganiseerd in de ellipsvormige ruimten met zicht op de kleurrijke muurschilderingen van de centrale kern die hij eigenhandig schilderde. Zowel buiten als binnen moest de zuivere ellipsvorm - voor Braem dé primaire vorm uit de natuur- in dit unieke totaalkunstwerk alomtegenwoordig zijn. Het draaide echter anders uit… van meet af aan werden de verdiepingen ‘verkaveld’, opgedeeld en tegen de intentie van de architect in volgestouwd met kleine kantoren die de ruimtelijkheid van het gebouw en het zicht op de schilderingen verstoorden.
50 jaar na de inhuldiging het gebouw, dat sinds 2007 in zijn totaliteit is beschermd, werden de vergunningen afgeleverd voor de eerste fasen van een globaal restauratieproject. Bedoeling van de bouwheer, de VUB, is om het oorspronkelijk concept van Braem in ere te herstellen. 
De opvallendste ingreep in dat kader is ongetwijfeld het opnieuw openmaken van de ellipsvormige ruimten en de eraan gekoppelde omschakeling naar een ‘open space’ werkvloer. Op de gelijkvloerse en eerste verdieping zijn de afbraakwerken reeds afgerond. Hoewel nog in de ruwbouwfase onthullen de vrijgekomen ellipsvormige ruimten nu al hun uitzonderlijke kwaliteiten. Staan nog op het programma : de restauratie van de muurschilderingen (tijdens de werf zorgvuldig beschermd door een houten omkasting), van de oorspronkelijke tegelvloeren met hun het typische VUB-kleurenpalet (‘oranje, blanje, bleu’) en van de andere oorspronkelijke interieurelementen, het herstel van de originele polychromie van muren en plafonds, het plaatsen van een linoleumvloerbekleding zoals oorspronkelijk het geval was, maar ook de vernieuwing van de technieken (verwarming, elektriciteit, verlichting, ventilatie) en maatregelen ter verbetering van de akoestiek.
De interieurrestauratie wordt ook gekoppeld aan de vervanging van het buitenschrijnwerk door kozijnen die identiek zijn aan de oorspronkelijke. Samen met andere maatregelen moet dat leiden tot een betere energieprestatie. Voor wat het exterieur betreft werd in 2015 ook reeds de imposante betonnen luifel gerestaureerd.
De werken van de eerste fase (kelder-, gelijkvloerse en eerste verdieping) gingen in maart 2019 van start onder leiding van het bureau Origin Architecture and Engineering en onder het toeziend oog van de Directie Cultureel Erfgoed die ook de subsidies beheert die door de Regering werden toegekend voor deze restauratie.
